القائمة
Taa Haa
20.81. Eet van de goede dingen die Wij u hebben verschaft en overtreedt niet hier in, anders zal Mijn toorn op u nederdalen en degene op wie Mijn toorn nederdaalt gaat ten onder.
20.82. Maar voorzeker, Ik ben Vergevensgezind jegens hem die berouw heeft en gelooft en het goede doet en het richtsnoer volgt.
20.83. En wat heeft u van uw volk haastig doen weggaan, o Mozes?
20."84. Hij zeide: ""Zij volgen in mijn spoor, en ik heb mij tot U gehaast, Mijn Heer, opdat Gij welbehagen in mij moogt hebben."""
20."85. (Allah) zeide: ""Wij hebben uw volk in uw afwezigheid beproefd en Saamiri heeft hen misleid."""
20."86. Mozes keerde daarop verontwaardigd en bedroefd tot zijn volk terug. Hij zeide: ""O mijn volk, heeft uw Heer u dan geen schone belofte gedaan? Kwam de vastgestelde tijd u dan te lang voor, of verlangdet gij dat de toorn van uw Heer op u zou nederdalen dat gij uw belofte aan mij hebt gebroken?"""
20."87. Zij antwoordden: ""Wij hebben niet uit eigen beweging onze belofte aan u gebroken, doch wij waren belast met een lading sieraden van het volk, derhalve wierpen wij deze weg, en dat heeft Saamiri voorgesteld."""
20."88. Dan maakte deze voor het volk een kalf - een beeld, dat een loeiend geluid voortbracht. En men zeide: ""Dit is uw God en de God van Mozes,"" doch hij is hem vergeten."
20.89. Konden zij dan niet zien dat het (kalf) hun geen antwoord gaf en geen macht had om hun kwaad of goed te doen?
20."90. En inderdaad had Aäron reeds tot hen gezegd: ""O mijn volk, voorzeker gij zijt daarmee op de proef gesteld. Voorwaar uw Heer is de Barmhartige, volgt mij derhalve en gehoorzaamt mijn bevel."""
20."91. Zij antwoordden: ""Wij zullen in geen geval ophouden het (kalf) te aanbidden voordat Mozes tot ons is teruggekeerd."""
20."92. Hij (Mozes) zeide: ""O Aäron, wat belette u, toen gij hen zaagt dwalen,"""
20."93. Mij te volgen? Hebt gij dan mijn gebod veronachtzaamd?"""
20."94. Hij antwoordde: ""O zoon van mijn moeder, grijp mij niet bij mijn baard noch bij mijn hoofd."" Ik was beducht dat gij zoudt zeggen: 'Gij hebt een scheuring teweeg gebracht onder de kinderen van Israël en hebt niet op mijn woord gewacht.'"""
20."95. Hij (Mozes) zeide: ""En wat hebt gij te zeggen, o Saamiri?"""
20."96. Hij zeide: ""Ik zag wat zij niet konden zien. Ik volgde de voetstappen van de boodschapper naar mijn beste vermogen, doch dat heb ik thans opgegeven. Aldus heeft. mijn ziel het voor mij vergemakkelijkt."""
20."97. Mozes zeide: ""Ga dan heen, gedurende heel uw leven zult gij zeggen: 'Raak mij niet aan,' en bovendien is er voor u een straf (bereid) waaraan gij niet zult ontkomen. Aanschouw thans uw god waarvan gij een toegewijd aanbidder zijt geworden. Wij zullen hem verbranden en daarna in zee strooien."""
20.98. Uw God is slechts Allah, naast Wie er geen God is. Hij omvat alle dingen in Zijn kennis.
20.99. Zo vermeldden Wij u (Mohammed) de tijdingen van het voorafgaande, waarin Wij u een vermaning Onzerzijds hebben gegeven.
20.100. Wie zich er van zal afwenden zal op de Dag der Opstanding de last hiervan dragen.
ابحث في القرآن
الذهاب الى السور
الذهاب الى الآيات