26.221. Zal ik u mededelen op wie de duivelen nederdalen?
26.222. Zij dalen op elke verstokte leugenaar en zondaar neder.
26.223. En zij verlenen gehoor aan (geruchten) en velen hunner zijn zelf leugenaars,
26.224. En de dichters! de dwalenden volgen hen.
26.225. Hebt gij niet gezien hoe zij in elk dal radeloos rondlopen?
26.226. En wat zij zeggen doen zij niet.
26.227. Behalve zij die geloven en goede werken doen, en Allah vaak gedenken, en zich verdedigen nadat hun onrecht is aangedaan, maar de onrechtvaardigen zullen weldra weten welke wending hun zaken zullen nemen.