26.81. En Die mij zal doen sterven en daarna weer tot het leven terugroepen.
26."82. En Die, hoop ik, mij mijn tekortkomingen zal vergeven op de Dag des Oordeels."""
26.83. Mijn Heer schenk mij wijsheid en voeg mij bij de rechtvaardigen,
26.84. En geef mij een goede naam onder de komende geslachten.
26.85. :En maak mij een der erfgenamen van de Tuin der Zaligheid.
26.86. En vergeef mijn vader, want hij behoorde tot de dwalenden.
26.87. En verneder mij niet op de Dag waarop de mensen zullen worden opgewekt,
26.88. De Dag waarop rijkdom noch kinderen zullen baten.
26."89. Maar slechts hij, die met een toegewijd hart tot Allah komt, (zal baat vinden)."""
26.90. En het paradijs zal nabij worden gebracht voor de rechtvaardigen.
26.91. En de hel zal worden onthuld voor de dwalenden.
26."92. En er zal tot hen worden gezegd: ""Waar zijn zij die gij aanbadt,"
26."93. Naast Allah? Kunnen zij u helpen of zichzelf helpen?"""
26.94. Dan zullen zij hals over kop in (de hel) worden geworpen, zij en de dwalenden.
26.95. En de scharen van Iblies, allen tezamen.
26.96. Terwijl zij daarin onder elkander twisten, zullen zij (tegen de afgoden) zeggen:
26.97. Bij Allah, wij waren klaarblijkelijk in dwaling,
26.98. Toen wij u gelijk stelden aan de Heer der Werelden.
26.99. En slechts de schuldigen deden ons dwalen.
26.100. En wij hebben nu geen bemiddelaar,