26.21. Daarom vluchtte ik van u omdat ik u vreesde, maar mijn Heer heeft mij wijsheid geschonken en mij tot een boodschapper gemaakt.
26."22. Is dit de gunst die gij mij in herinnering brengt, dat gij de kinderen van Israël tot slaven hebt gemaakt?"""
26."23. Pharao zeide: ""En wie is de Heer der Werelden?"""
26."24. Mozes antwoordde: ""De Heer der hemelen en der aarde en van alles wat er tussen is, als gij het wilt geloven."""
26."25. Pharao zeide tot degenen die om hem heen waren: ""Hoort gij het niet?"""
26."26. Mozes zeide: ""Uw Heer, en de Heer uwer voorvaderen."""
26."27. Pharao zeide: ""Waarlijk, de boodschapper die tot u is gezonden, is krankzinnig."""
26."28. Mozes zeide: ""Hij is de Heer van het Oosten en van het Westen en van alles wat daar tussen is, indien gij wilt begrijpen."""
26."29. Pharao zeide tot hem: ""Indien gij een andere God aanneemt dan mij zal ik u zeker in de gevangenis werpen."""
26."30. Mozes antwoordde: ""Ofschoon ik u een duidelijk teken breng?"""
26."31. Pharao zeide: ""Breng het dan als gij tot de waarachtigen behoort."""
26.32. Daarop wierp Mozes zijn staf neder, en ziet! deze werd een zichtbare slang.
26.33. En hij strekte zijn hand uit, en ziet! zij was wit voor de toeschouwers.
26."34. Pharao zeide tot de vooraanstaanden om zich heen: ""Dit is inderdaad een bedreven tovenaar."
26."35. Hij wenst u uit uw land te verdrijven door zijn tovenarij. Wat raadt gij mij dan aan?"""
26."36. Zij zeiden: ""Geef hem en zijn broeder uitstel en zend aankondigers naar de steden."
26."37. Die u iedere bedreven tovenaar zullen brengen."""
26.38. Dus werden de tovenaars verzameld op de bepaalde tijd op een vastgestelde dag.
26."39. En er werd tot het volk gezegd: ""Wilt gij u ook verzamelen,"
26."40. Opdat wij de tovenaars mogen volgen als zij overwinnaars zijn?"""